PAPENSLAG (van uw verslaggever te velde) – Het ideetje kwam uit Vroomshoop. Of er half februari nog animo was voor een uitgestelde nieuwjaarsreceptie. We besloten in goed overleg deze net als vorig jaar te vieren op locatie: Papenslag dus. Nu was het wachten nog op mr. Clearsky, die we sinds begin november vorig jaar ook al niet meer hadden gezien. Zaterdag 26 februari was het dan eindelijk zover: een hogedrukgebied, een stralende zaterdag gevolgd door een heldere, vorstige en maanloze nacht: Kaiserwetter!
En toen was Paul er niet bij. Deze moest helaas vanwege een gastronomische hindernis verstek laten gaan. Dat was jammer, maar gelukkig stond tegen achten de rest van de club wel op de vertrouwde waarneemstek, met volgeladen auto’s en voorzien van samen pakweg 25 duim aan objectiefdiameter. En daar bleef het niet bij. Nog drie waarnemers uit uiteenlopende hoeken van het land waren in deze nacht naar Papenslag gereden en bouwden even verderop een indrukwekkend truss-dobson park op waarvan ik de apertuur maar even buiten beschouwing laat. Hoe meer astrozielen hoe meer vreugd!
Dat gold echter niet voor de ongenode gast die ondanks alles ook was komen aanwaaien: Toch nog Paul? Nee: bewolking! Hoge sluierbewolking, in het holst van de nacht nader geslopen, nota bene midden in een hogedrukgebied. Je moet maar durven!
Uw verslaggever had in al zijn optimisme al een gewaagd plan uitgebroed: het fotograferen van de Helm van Thor (NGC 2359), een explosieve nevel rond een Wolf-Rayetster in Canis Major. Dat plan kon subiet de prullenbak in. Er was hooguit nog ruimte voor visueel spotten van de Orionnevel en een paar dubbelsterretjes.
Het benevelde zwerk noopte ons de aandacht te verleggen naar het obligate receptiewerk: nieuwtjes uitwisselen, elkaars automobielen bespreken en vooral de royaal meegebrachte leeftocht ter tafel brengen. Kortom: van astronomie naar gastronomie. Allereerst was er koffie met gevulde koeken en vervolgens gingen de Frankfurters XXL op het vuur, rijkelijk besproeid met Thomy’s herzhafte Senf. Dat de temperatuur zakte tot ruim onder de –3°C mocht de pret niet drukken.
Zo kon het gebeuren dat de astrofotografie beperkt bleef tot dickpics van de te consumeren Frankfurters, die op de Ajax-burelen niet hadden misstaan. Ik heb niet kunnen vaststellen of de lensdoppen nog één moment van de beide dobsons af zijn geweest.
Af en toe naar boven kijkend zag uw verslaggever de opklaringen allengs breder worden. De Sky Qualitymeter gaf inmiddels 20.69 aan… Overmeesterd door een niet te weerstane verleiding sloop uw scribent nog even terug naar zijn teleskopie, de TeleVue 76 die op zijn Super Polaris in stilte de Orionnevel stond te volgen.
De aanblik van de objectieflens, ondanks lensverwarming bedekt met een overdadig boeket aan ijsbloemen, verloste mij van de bekoring de camera uit te pakken. Daardoor kon de vergeten voedingskabel van de camera ook onbesproken blijven.
Zo werd het toch nog gezellig, tot zo tegen middernacht het moment daar was op te breken. Het inmiddels zwaar berijpte instrumentarium werd weer in de kofferbakken gestouwd, de ruiten van werden van ijsaanslag ontdaan alvorens iedereen zich langs nachtelijke landwegjes huiswaarts spoedde.
Al terugrijdend kon ik de balans opmaken: receptie: top! Astronomie: mwoah…