Tag: Planeten

Planetenjacht in het diepe zuiden

PAPENSLAG (van onze verslaggever) – Op de zoveelste tropische zomernacht van 3 op 4 augustus waren twee – nee, drie van de vijf RLG-ers in de uitgedroogde outback tussen Markelo en Lochem neergestreken. Doel was het waarnemen en zo mogelijk vastleggen van laag boven de horizon staande planeten.

Het jachtseizoen was geopend. Niet op reeën, hazen, kikkers en kwartels – hoewel die deze avond ook werden waargenomen – maar op planeten! Het ging nu eens niet om Jupiter en Venus; die hadden we al langer op de korrel, hoewel die ook bepaald niet hoog aan de hemel stonden. Dit keer was de beurt aan de laagvliegers Saturnus en Mars. Deze twee bewogen zich in deze augustusnachten in scheervlucht langs de zuiderkim. Saturnus kwam niet hoger dan 15° en Mars dook daar met 11° nog eens ruimschoots onderdoor. Het was onze tweede waarneempoging: vorige week  was de seeing zo erbarmelijk dat de telescopen jankend terug de kofferbak in gingen.

Terwijl de zon in vijftig tinten rood achter de maisvelden verzonk, waren Marten en Pieter al ter plaatse. Terwijl de instrumenten werden uitgeladen en opgezet, kwam onverwacht Paul nog even langs, nadat deze er op een bedrijfsfeestje tussenuit was geknepen. Met koffie en koeken werd het vallen der duisternis afgewacht.

Het was een rustige, heldere zomernacht. De stilte werd slechts verstoord door een pruttelende dieselmotor in de verte die de bewatering aandreef van het kwijnende maïsgewas. En nachtelijk briesje voorkwam dat de optiek besloeg. De temperatuur zakte in alle bescheidenheid tot een graad of twintig en de Melkweg was goed zichtbaar: de SQM gaf 20.90 aan. Marten zocht en passant met zijn C8 nog enkele neveltjes in de Boogschutter op. Even na middernacht was het uit met het Messiergebeuren toen in het oosten de oude maan opkwam.

De seeing, hoewel beter dan vorige week, was nog steeds niet om te juichen, getuige de lachspiegelbeelden die Saturnus en met name Mars ons op het beeldscherm voorschotelden. Ook het ontwaren van de zuidelijke poolkap op het dansende rode bolletje in het oculair was een ware uitdaging! Toen na de eerste opnamen bleek dat de seeing allengs slechter werd besloten in te pakken om op jacht te gaan naar nog een paar uurtjes resterende nachtrust.

(Alle foto’s © auteur)

Mosterd na de maansverduistering

’s-PAPENSLAGE – (van onze verslaggever) Vier van de vijf leden van de Red Light Group begaven zich zich daags na de totale maansverduistering op een tropische juliavond in dito outfit tussen de verdorde velden van Papenslag voor een waarneemactie. De eerste sinds bijna een jaar, dus het werd onderhand tijd!

Foto’s © Paul Colenbrander en Pieter Welters

The day after

Een ouderwetse waarneemnacht dus, maar waarom juist nu? De Maansverduistering was immers gisteren! Het was geen vergissing: diverse leden hadden gisteren noodgedwongen elders de maansverduistering waargenomen. Daarom toch maar deze “mosterd-na-de-maaltijd”-actie. Immers, naast een nog steeds volle maan was de hemel bezaaid met planeten. Van west naar oost in volgorde van doorgang: Venus, Jupiter, Saturnus en Mars. Jammer genoeg verrees geen van hen hoger dan 15° boven de zuiderkim. De vrije blik rondom op deze locatie vergunde ons echter de kans ze allemaal  voor het oculair te krijgen.

In de aangrenzende akker was ondertussen een luidruchtig tuffende sproei-installatie op gang gekomen om de door de aanhoudende droogte verschrompelde maisoogst te bewateren. Om een nat pak te vermijden kozen wij een plek zo ver mogelijk van het watergebeuren verwijderd om daar onze telescopen droog op te stellen.

Over mosterd gesproken: dat zat er deze avond niet in, evenmin als de frankfurters die daar doorgaans onder worden gehouden. Maar gelukkig zorgde Paul (niet die ene, maar die andere) ervoor dat onze koffiepauze nog wat werd ingekleurd met meegebrachte roze koeken.

Laatstgenoemde had ook nog een klein model droon bij zich om al rondvliegende de wachttijd tot de invallende duisternis wat te bekorten. Toen was het tijd voor opbouw van het telescopenpark. Na de nodige uitruil van al dan niet vergeten contragewichten kon het waarnemen beginnen.

En daarmee waren de waarnemingen ook zo goed als weer ten einde, want de seeing bleek ook mosterd.  Sinds de legendarische mistralnacht van 30 mei 1994 aan de voet van de Mont Ventoux had uw verslaggever niet meer zo’n huiveringwekkende turbulentie aanschouwd:  Jupiter was een vage wollige bol met vier dansende vlekjes ernaast, Saturnus oogde als een wazig ovaaltje met twee zwarte stippen erin en Mars was een bruinige klodder met als enig waarneembaar detail de atmosferische dispersie (blauwgerand boven, rood onder). Over Venus hebben we het maar beter niet.

Het moet gezegd: de volle maan kwam sfeervol op en eerdergenoemde Paul deed met zijn twaalfduims dobson nog een dappere poging om aan het maanverlichte zwerk enkele deep-skyobjecten op te sporen, hetgeen bij M57 en M13 wonderwel lukte. Daarna kon het zorgvuldig opgestelde kijkerpark (Pauls Orion Optics 300 mm dobson, Martens Takahashi FS-102, andere Pauls 100mm Esprit ED en Pieters Mewlon 210) weer worden ontmanteld en aan de kofferbak toevertrouwd.

Ten overvloede: de bovenstaande Saturnusfoto dient enkel ter illustratie van de hemelkwaliteit en mag geenszins worden opgevat als serieuze poging tot hoge-resolutie astrofotografie.

Jupiter. Wat een beetje seeing doet

DEVENTER (van onze tuinastronoom) – Op een heldere aprilavond met de Takahashi Mewlon in de tuin. Jupiter prijkt in het zuidoosten en rijst met moeite boven het geboomte van de achterburen uit. Even een blik in het oculair…

Werkelijk: uw verslaggever wist niet wat hij zag… Wat een scherpte, wat een detail! Jupiter leek zum greifen nahe! Ik wist niet hoe snel ik mijn notebook en camerazooi aangesleept moest krijgen, want dit moest op de plaat en wel NU. Immers, je weet immers nooit hoe lang momentjes van dit soort perfecte seeing aanhouden.

Inderdaad, na een halfuur was het beeld alweer beduidend slechter, hoewel Jupiter hoger was opgeklommen. Never mind, dit unieke Jupiter-momentje is voor de eeuwigheid vastgelegd: het is gezien, het is niet onopgemerkt gebleven!

Jupiter op 8 april 2017. 3 LRGB-opnamen, Takahashi Mewlon 210, 2x powermate (f/4830), ASH atmosferische dispersiecorrector, ZWO ASI290MM camera. Jupiter was 44,3″ groot en stond 26° hoog. Opnamen 080417; 20:08 en 20:35 UT.

Enkelaartje

MARKELO (8 juni 2013) – Het was Marten die kwam met het plan om dit weekend te gaan waarnemen, in zijn gevleugelde woorden “een avondje Papen te slaan of een Enkelaartje te doen”. Het werd – na wat heen en weer gemail – zaterdag. Helaas had de sectie Hengelo inmiddels andere bezigheden zodat het bij drie waarnemers bleef.

Wind en wolken

Ondergetekende kwam rond half acht op Papenslag aan. Het woei daar zo hard dat de auto stond te schudden in de wind. Geen jofele waarneemplek dus. Bij de meer beschutte Enkelaarsbrug bleken de omstandigheden een stuk beter dankzij de bossen in het noorden. Maar   toen zag ik de wolken uit het westen naderen… Inmiddels waren Marten en Marcel al onderweg dus na wat heen en weer ge-sms besloten we dan maar gewoon de koffie en koeken te nuttigen, in de hoop dat het misschien weer zou opklaren.

Takahashi

Die hoop was terecht! Na een uurtje was de bewolking weg en konden we ons instrumentarium aan de buitenlucht toevertrouwen. Een spreekwoordelijke zomernacht werd het overigens niet: truien dassen en mutsen bleken hard nodig, alsof het nog hartje winter was.

Marcel had zijn dobson bij zich, Marten bracht o.m. zijn nieuwe aankoop mee: een tweedehands aangeschafte Takahashi EM200 montering, die echter nog wat technische aanpassingen behoeft voor die kan worden ingezet. O.m. ontbreekt een passend statief. Ondergetekende had De Takahashi Mewlon 21 bij zich die bij de vorige bezitter ooit op deze montering had gestaan. Bijna waren te twee weer verenigd. Bijna.

ISS

Rond elf uur kwam het ISS over. Marcels IPhone meldde een tweede overgang om half een. Hierdoor rees het plan het ISS door de Mewlon te fotograferen met de DMK-camera. De gebruikelijke methode is  de camera in het primaire brandpunt te laten filmen en de telescoop ondertussen door de zoeker zoveel mogelijk op het overvliegende ISS gericht te houden. Anderhalf uur hadden we om e.e.a. op te bouwen en te repeteren. Als ‘oefenmateriaal’ diende Saturnus, zie opname hierboven.

Terwijl Marten de notebook vasthield om problemen met de snoeren te voorkomen, stuurde ik de Mewlon zo goed en zo kwaad mogelijk (vooral dat tweede) achter het ISS aan: het ISS “in beweging”. De foto’s hierboven tonen wel aan dat dit nog niet meevalt! Conclusie: nog even goed oefenen en volgende keer beter…

Inmiddels was het donker geworden en ondanks de grijze nacht wees de SQM nog 20.54 aan. In het noordoosten was de Melkweg te zien. Met de optiek en leerzame ervaringen in onze kofferbak werd het rond 1 uur  tijd om het bed op te zoeken.

Volgende pagina » « Vorige pagina