PAPENSLAG (van onze verslaggever) – Voor het eerst sinds tijden was onze club weer eens compleet met vijf man sterk aanwezig op onze geliefde waarneemplek Papenslag. Een waarneemplek die inmiddels ernstig wordt bedreigd. Enfin: nu lag het veld er nog weids, ongerept en verlaten bij onder een vriendelijk vijf dagen oud maantje. Alles wees op een vorstige maar ook ouderwets gezellige waarneemnacht. Bovendien was dit het weekeinde van de Landelijke Sterrenkijkdagen én was het nog helder ook. Wie wil er dan nog verstek laten gaan?
Al rond achten stonden minstens vijf auto’s en even zoveel optische hulpmiddelen paraat langs het veelbesproken wegje tussen de kale akkers. Hoewel Marten enkel zijn sigaren had meegenomen compenseerde Paul daarvoor met twee opstellingen: een dslr-camera op een Skywatcher Star Adventurer volgmontering naast een twaalfduims truss dobson van het merk Explore Scientific.
Paul II pakte uit met Japans geweld: hij had zijn gloednieuwe Takahashi Mewlon 180 bij zich op zijn EM-11-montering van hetzelfde prestigieuze merk. De verslaggever volstond met een TSA-102 lenzenkijker – ook al een Takahashi – maar dan op een Vixen Super Polaris. Marcel had vanuit het verre zuiden zijn 10-duims push to-dobson van het merk Orion meegenomen. Toen alle apparatuur eenmaal opgesteld en aangesloten was, was het allereerst tijd voor een koffietafel met een keur aan zoete versnaperingen. Totdat we merkten dat de hemel was dichtgetrokken en een eerste sneeuwvlokje zich meldde.
Het zat al in het weerbericht: een heldere nacht met enkele wolkenvelden en een sporadisch buitje in het noordoosten. Wij gepokte en gemazelde waarnemers dachten dat het wel los zou lopen. Fout! Nog geen halve minuut later waanden we ons in een nachtelijke blizzard. Ook voor snel afbreken was het nu te laat. Enkel het openen van een kofferbak zou immers al leiden tot een sneeuwjacht in de auto. Uw verslaggever wist niets beters te bedenken dan een oude wollen autodeken over zijn kostbare optiek te draperen, die de telescoop wonderwel sneeuwvrij hield.
Alles wit: de velden, de auto’s, de telescopen, de koffietafel en de waarnemers zelf. Toen hield het sneeuwen op. De bewolking trok weg, de sterrenhemel hernam haar oude pracht en het maantje glimlachte minzaam om het aardse geploeter daar beneden. Aan de noorderkim meldde zich echter al een volgende cumulonimbus. Het waarneemplezier was ons wel vergaan: het was opruimen geblazen. De besneeuwde optiek verdween zo goed en zo kwaad als het ging in de diverse kofferbakken en het instrumentarium was sneller verdwenen dan het was opgebouwd.
Nu restte ons nog één optie: de gastronomische. Terwijl wij de sneeuw uit onze vouwstoeltjes klopten, diende Paul vanuit een besneeuwde kofferbak gasbehandelde Frankfurters op met een garnituur van gebakken uien. De andere Paul ontpopte zich als de sommelier van dienst en zorgde voor de Glühwein. Zo eindigden onze landelijke sterrenkijkdagen toch niet helemaal in een landerige deceptie. Het bleef nog lang onrustig op de Papenslagse sneeuwvelden.
Alle foto’s © Red Light Group