Auteur: astro_piet

Optiek: Takahashi Mewlon 210mm f/12 Dall-Kirkham Cassegrain, Takahashi TSA-102 refractor, TeleVue 76mm f/6.3 TV-76 + 0.8x field flattener f/5 + Coronado Solarscope SF70/BF20 H-alfa filter. Monteringen: Zeiss Ib met FS2-besturing, Vixen Super Polaris, iOptron Skytracker Pro + Manfrotto 144b statief Camera's: Canon EOS 350D (Baader gemodificeerd) The Imaging Source DMK 21AU04.AS en DMK 41AU02.AS monochrome, ZWO ASI290MM.

Ploegendienst op de Vogelsberg

Het ITV van 2022

GEDERN (van onze verslaggever te velde) – Al voor de tiende keer of daaromtrent bezocht de Red Light Group – of althans een deel daarvan – het Internationale Teleskoptreffen Vogelsberg of kortweg ITV, dat traditioneel in het Hemelvaartweekeinde op een camping aan de Gedernsee (D) wordt gehouden, voor het eerst na een door de corona-pandemie afgedwongen pauze van twee jaar. Maar ook deze editie verliep weer heel anders dan gepland.

De Red Light Group laat op het ITV nooit verstek gaan, want het “Internationale” van dit treffen voor Sternfreunde moet toch vooral van die paar Nederlanders komen. Paul en Mariëtte waren kwartiermakers en arriveerden al ruim een week voor het begin van het evenement aan de Gedernsee, en bouwden daar een compleet basiskamp met observatorium op. Ook voor Marten, die een paar dagen later aankwam, was al een tent met gespreid bedje geregeld. Hij hoefde slechts zijn telescoop en tandenborstel zelf mee te brengen.

Op Hemelvaartsdag tenslotte, arriveerden de verslaggever en Lisette in een huurcamper die ook nog bagageruimte bood voor de nodige optiek. Zo was het expeditieteam compleet en klaar voor een paar zinderende waarneemnachten. Tenminste – dat dachten we. Want die met lichten seinende auto die ons vlak voor Gedern tegemoetkwam, bleek de wagen van Paul en Mariëtte te zijn geweest. Vanwege acute griepklachten van beide expeditieleden hadden zij vroegtijdig het veld moeten ruimen.

Zo troffen wij in plaats van het RLG Base Camp een verweesde Marten aan die met zijn tentje naast een heel grote lege plek stond. De vorige editie in 2019 kende een vergelijkbaar scenario. Onze ITV-vrienden Wolfgang en Barbara, geraakt door het gebeurde, bekommerden zich om Marten, zodat hij nauwelijks een half uur alleen is geweest. Daarbij konden Lisette en de verslaggever met de camper de ontruimde plaats van Paul en Mariëtte innemen en de RLG-ploeg op een aanvaardbaar peil houden.

Ook het weer verliep anders dan verwacht. Van tevoren werd helder weer voorspeld, hetgeen de auteur over de streep trok om mee te doen en een huurcamper te charteren. Bij onze aankomst op donderdag echter bleek het koud en regenachtig, en weersite Meteoblue liet weinig ruimte voor optimisme. Onze camper kwam goed van pas als behaaglijk toevluchtsoord en gelukkig hadden we een ruime voorraad koek en zopie meegenomen. En ’s avonds was er restaurant Seeblick, dat ons als altijd voorzag van uitstekende maaltijden. Maar tot onze verrassing klaarde het vrijdagmiddag ineens op en volgden twee kristalheldere nachten, zij het behoorlijk fris voor de tijd van het jaar, want het kwik zakte tot verdacht dichtbij het absolute nulpunt.

Al op vrijdagmiddag kon het team door de TeleVue 76 met Solarscope H-alfafilter een zeer actieve zon bewonderen, compleet met protuberansen en fidelementen. ’s Nachts kwamen in de Takahashi TSA-102 de kroonjuwelen van de lentesterrenhemel aan bod, zoals de bolhopen M3 en M13, de sterrenstelsels M31 (ofwel het Andromedastelsel) en enkele Grotebeerstelsels waaronder M81, M82 en M108. De sluiernevel in de Zwaan tenslotte was te bewonderen met een OIII-filter. Bij gebrek aan planeten konden we met genoemd filter een paar planetaire nevels spotten, zoals de Ringnevel (M57), Halternevel (M27) en Uilnevel (M97), terwijl nota bene in de verte de roep van de Bosuil te horen was.

Over vogels gesproken: de Vogelsberg doet zijn naam alle eer aan: ’s ochtends word je gewekt door de koekoek, de veldleeuwerik jubelt hoog boven de velden, in de hagen zingt de zwartkop zijn hoogste lied en rode wouw cirkelt door het zwerk. De zaterdag, die bewolkt was, bood voor Lisette en de auteur de gelegenheid om de omgeving te voet te verkennen. Korenvelden met klaprozen en bloemrijke graslanden alom, tjokvol met vlinders en andere insecten. Een arcadisch landschap! Ooit moet Nederland er ook zo uit hebben gezien, voor alles verkloot werd door de agro-maffia.

Maar terug naar het ambacht: door de 16-duims dobson van John Rozeboom, een oude bekende en tevens vaste bezoeker het ITV, konden we zaterdagnacht naast de genoemde objecten ook de Noord-Amerikanevel (NGC7000), het Oortje van Van Gogh (NGC 6888) en Markarian’s Chain (Virgo-cluster) op onze bucketlist afvinken. Om een uur of 3 kroop het waarneemteam verkleumd onder de wol om vervolgens een gat in de dag te slapen.

Marten was al op zaterdagochtend vertrokken met medeneming van zijn tentje en zondagochtend was het de beurt aan de laatste RLG-ers om koers te zetten richting de Lage Landen. Zo kwam er een einde aan weer een gedenkwaardig ITV. Volgend jaar weer? Je weet maar nooit.

Foto’s: Paul Colenbrander, Marten Bosma en Pieter Welters

Kaffee, Kuchen & Snäppchen

Redlightgroup bezoekt ATT 2022

HENGELO (Van onze verslaggever) – Op zaterdag 7 mei 2022 was het weer zover: na een gedwongen pauze van twee jaar vanwege de Coronapandemie kon eindelijk de grootste astronomiebeurs van het universum en omstreken weer doorgang vinden: de Astro Tausch & Trödel te Essen (D), in de wandeling ATT genoemd. De Redlightgroup was erbij met vier man sterk.

Voor de reis naar Essen verzamelden wij ons volgens aloude traditie bij Koffie-Gerrit te Hengelo, om na een bakkie troost gezamenlijk de Heimat te bestormen in de Tesla van onze voorzitter, die naar verluidt rijdt op zonnestroom.

Zoals gebruikelijk werd de ATT gehouden in het Gymnasium Am Stoppenberg, waar de beurs verspreid was over een eindeloos labyrint van gangen, hoeken, halletjes, ruimtes, zalen en zaaltjes, en waarbij je bij het betreden van elk lokaal je nooit zeker wist of je deze kraam nou al drie of vier keer eerder had gezien. Het belangrijkste was dat we de kantine wisten te vinden. Ook deze was over minstens twee verschillende ruimtes verdeeld.

Veel aanschafplannen hadden we niet, verwend als wij amateurastronomen inmiddels zijn door de vele astro-webshops en verkoopfora. Enkel de verslaggever was op zoek naar een zoeker van een paar tientjes voor zijn nieuwe telescoop. Dat goede voornemen sneuvelde op slag toen wij vlak voor ons vertrek stuitten op een gelikte Takahashi EM-11-montering, waar aanbieder Astromarket gezien de vraagprijs wel heel graag vanaf wou. Een niet te missen kans!

Wij wisten Paul (die van de Tesla), die zelden wat koopt op dit soort beurzen, zo gek te krijgen deze buitenkans aan te pakken. In een ommezien lag deze aanwinst in de kofferbak, waarvan de klep pas dicht kon na bewerking van de doos met een Zwitsers zakmes.

Aangezien ook de verslaggever zijn preiswerte zoekertje had gevonden, kon de club welvoorzien van gewenste Snäppchen de thuisreis oppakken. Pauls vervoermiddel had nog genoeg zonnestroom over om ons weer netjes af te leveren bij Koffie-Gerrit, waar met Kaffee & Kuchen het welslagen van deze onderneming werd besprenkeld.
Bedankt zon! (en de chauffeur niet te vergeten…)

Je hoeft niet dronken te zijn om ze dubbel te zien

Dubbelster spotten met de Takahashi TSA-102

Pieter Welters

Twee weken geleden heb ik een tweedehands refractor aangeschaft: een Takahashi TSA-102. Bij gebrek aan maan en planeten op de eerste heldere avonden ben ik met dit instrument aan de slag gegaan met dubbelsterren te spotten. Een verrassend leuk tijdverdrijf!

Ik zocht al een tijdje naar een mooie lenzenkijker voor visuele waarnemingen. Spiegelkijkers scoren vanwege hun grotere diameter weliswaar beter bij maan- en planetenfotografie, maar een refractor blijft onverslaanbaar bij het simpele waarnemen: handzaam, goed contrast, ragscherpe, rustige beelden, minder last van seeing. Als je een goeie hebt tenminste. Bij Takahashi mag je daar haast vanuit gaan, bij ‘Accuracy 1/12th wave’ en ‘Airy-disc Strehl ratio 0.992’… Fabrieksopgaven, dat wel. Een individueel interferometrisch testrapport wordt helaas niet bijgeleverd. Ik moet dus Takahashi maar op zijn woord geloven. De TSA-102 wordt overigens niet meer gemaakt; hij is al sinds 2015 uit productie.

De Takahashi TSA-102S.


De afnemende maan kwam pas ver na middernacht op en planeten lieten zich niet zien. Dus heb ik mij in de avonden van 16 april t/m 2 mei kostelijk vermaakt met het dubbelster spotten. Mede met dank aan de Italiaanse dubbelsterrensite Stelledoppie.it: een goudmijn! Elke dubbelster is weer een (aangename) verrassing: helderheidsverschillen al of niet, kleurverschillen, meerdere componenten, simpele en lastige, je raakt niet uitgekeken.

Mijn nieuwe aanwinst lijkt verrassend weinig last te hebben van slechte seeing, zeker vergeleken met mijn Mewlon 210 reflector, die ik vooral voor planetenfotografie gebruik en zelden visueel. Hoe het met de TSA op de planeten gaat moet ik in het najaar uitvinden.

SAO84572 – naar verluidt het ultieme testobject voor 4-duims – was een tip van John Baars op Astroforum. In mijn kijker bij 270x zichtbaar als “pinda”. Ik denk wel dat mijn ‘Tak’ ermee door kan. Ook de grensmagnitude viel me niet tegen. In de Sterrengids 2022, p. 171, staat een opzoekkaartje van de sterren rond NGC6543. Ik kon gisteravond (met perifere blik) een sterretje van m13.1 telkens weer met zekerheid op mijn netvlies vangen. Niet slecht voor een 4-duims en een 62-jarige waarnemer, al zeg ik het zelf.

Terug naar de dubbelsterren. Ik heb schetsen gemaakt van een twintigtal interessante exemplaren aan de lentesterrenhemel, die ik vanuit de tuin heb waargenomen. Ik heb vergrotingen gebruikt van 200x en 270x met TeleVue 20 en 15mm plössl-oculairen op een 5x Powermate van hetzelfde merk.

Theta Aurigae: m 2.6/7.1; 3.6”

Izar (Epsilon Boötis): m 2.5/4,9; 2.8”

Iota2 Cancri: m 6.0/6.5; 1.4”

Zeta2 Cancri: m 5.3/6.25; 1.1”

2 Comae: m6.18/7.4; 3.4”

35 Comae: m5.7/7.2; 1.2”

Delta Geminorum: m 3.55/8.18; 5.5”

Zeta Herculis: m 2.95/5.4; 1.47”

52 Herculis: m 4.84/8.45; 2.02”

SAO 84572 (Hercules): m 7.48/7.87; 1.1”

Algieba (Gamma Leonis): m 2.37/3.64; 4.73”

Iota Leonis: m 4.0/6.5; 1.9”

90 Leonis: m 6.0/7.3; 3.3”

Epsilon Lyrae m5.15/6.10; 2.8”; m5.25 & 5.38; 2.0”

Alula Australis (Ksi Ursae Majoris): m 4.3/4.8; 1.6”

Alula Borealis (Nu Ursae Majoris): m 3.64/10.1; 7”

Sigma2 Ursae Majoris: m 4.87/8.85; 4.6”;

Porrima (Gamma Virginis): m 3.48/3.53; 3.05”

84 Virginis: m5.5/7.9; 2.9”

54 Virginis: m6.8/7.3; 5.4”


Mijn schetsen zijn geen exacte gepositioneerde weergaven. Ik heb de dubbelsterren geschetst zoals ik ze heb gezien en heb me niet bekommerd om waar het noorden is. Alle afbeeldingen zijn in spiegelbeeld door het gebruikte zenitprisma. Gegevens komen van Stelledoppie.it.

Dickpics en ijsbloemen

PAPENSLAG (van uw verslaggever te velde) – Het ideetje kwam uit Vroomshoop. Of er half februari nog animo was voor een uitgestelde nieuwjaarsreceptie. We besloten in goed overleg deze net als vorig jaar te vieren op locatie: Papenslag dus. Nu was het wachten nog op mr. Clearsky, die we sinds begin november vorig jaar ook al niet meer hadden gezien. Zaterdag 26 februari was het dan eindelijk zover: een hogedrukgebied, een stralende zaterdag gevolgd door een heldere, vorstige en maanloze nacht: Kaiserwetter!


En toen was Paul er niet bij. Deze moest helaas vanwege een gastronomische hindernis verstek laten gaan. Dat was jammer, maar gelukkig stond tegen achten de rest van de club wel op de vertrouwde waarneemstek, met volgeladen auto’s en voorzien van samen pakweg 25 duim aan objectiefdiameter. En daar bleef het niet bij. Nog drie waarnemers uit uiteenlopende hoeken van het land waren in deze nacht naar Papenslag gereden en bouwden even verderop een indrukwekkend truss-dobson park op waarvan ik de apertuur maar even buiten beschouwing laat. Hoe meer astrozielen hoe meer vreugd!

Dat gold echter niet voor de ongenode gast die ondanks alles ook was komen aanwaaien: Toch nog Paul? Nee: bewolking! Hoge sluierbewolking, in het holst van de nacht nader geslopen, nota bene midden in een hogedrukgebied. Je moet maar durven!

Uw verslaggever had in al zijn optimisme al een gewaagd plan uitgebroed: het fotograferen van de Helm van Thor (NGC 2359), een explosieve nevel rond een Wolf-Rayetster in Canis Major. Dat plan kon subiet de prullenbak in. Er was hooguit nog ruimte voor visueel spotten van de Orionnevel en een paar dubbelsterretjes.

Het benevelde zwerk noopte ons de aandacht te verleggen naar het obligate receptiewerk: nieuwtjes uitwisselen, elkaars automobielen bespreken en vooral de royaal meegebrachte leeftocht ter tafel brengen. Kortom: van astronomie naar gastronomie. Allereerst was er koffie met gevulde koeken en vervolgens gingen de Frankfurters XXL op het vuur, rijkelijk besproeid met Thomy’s herzhafte Senf. Dat de temperatuur zakte tot ruim onder de –3°C mocht de pret niet drukken.

Zo kon het gebeuren dat de astrofotografie beperkt bleef tot dickpics van de te consumeren Frankfurters, die op de Ajax-burelen niet hadden misstaan. Ik heb niet kunnen vaststellen of de lensdoppen nog één moment van de beide dobsons af zijn geweest.

Af en toe naar boven kijkend zag uw verslaggever de opklaringen allengs breder worden. De Sky Qualitymeter gaf inmiddels 20.69 aan… Overmeesterd door een niet te weerstane verleiding sloop uw scribent nog even terug naar zijn teleskopie, de TeleVue 76 die op zijn Super Polaris in stilte de Orionnevel stond te volgen.
De aanblik van de objectieflens, ondanks lensverwarming bedekt met een overdadig boeket aan ijsbloemen, verloste mij van de bekoring de camera uit te pakken. Daardoor kon de vergeten voedingskabel van de camera ook onbesproken blijven.

Zo werd het toch nog gezellig, tot zo tegen middernacht het moment daar was op te breken. Het inmiddels zwaar berijpte instrumentarium werd weer in de kofferbakken gestouwd, de ruiten van werden van ijsaanslag ontdaan alvorens iedereen zich langs nachtelijke landwegjes huiswaarts spoedde.
Al terugrijdend kon ik de balans opmaken: receptie: top! Astronomie: mwoah…

Volgende pagina » « Vorige pagina